Een 2000-tal werknemers uit de welzijnssector voerden op vrijdag 10 juni in Brussel actie tegen de Vlaamse regering én de werkgeversorganisaties. De Vlaamse regering wil de gehandicaptenzorg opsplitsen in vergunde en niet-vergunde zorg.
Daarmee zet de regering de deur open voor commerciële spelers die niet gebonden zijn aan de loon- en arbeidsvoorwaarden die de sector door 30 jaar strijd heeft opgebouwd. Maar dat is niet alleen voor de werknemers een slechte zaak. Ook de personen met een beperking zullen op die manier niet de kwalitatieve zorg krijgen waar ze recht op hebben.
De werkgeversorganisaties van hun kant weigeren een ondertekend akkoord over een personeelskader uit te voeren. Ze willen zelfs helemaal geen afspraken maken over personeelsinzet. Daarmee plegen ze niet alleen contractbreuk maar willen ze een belangrijke garantie voor kwaliteit van de zorg afschaffen.
Niet alleen de werkgevers plegen contractbreuk. Ook de Vlaamse regering breekt eenzijdig in op het sociaal akkoord van 2000 door de aanmoedigingspremies voor landingsbanen enkel nog toe te kennen aan mensen die een "zorgberoep" uitoefenen.
Op het einde van de actie werd een delegatie ontvangen door minster Vandeurzen en minister Muyters. Voor de sector gehandicaptenzorg wordt een bemiddelaar aangesteld en geeft Vandeurzen aan dat hij niet van plan is om met de niet-vergunde zorg de werknemers in een ander statuut onder te brengen.
Wat de landingsbanen betreft, wil de Vlaamse regering haar beslissing onverminderd uitvoeren. De LBC-NVK legt zich daar niet bij neer en plant verdere stappen.