De Vlaamse regering besliste met de Septemberverklaring om 2.000 extra kinderopvangplaatsen te creëren in kinderdagverblijven ‘Trap 2’. Dat is niet alleen een stap vooruit voor de ouders, ook voor de werknemers die bijkomend aangeworven worden, is het een goede zaak. Er blijft echter werk om de rechten in de kinderopvang gelijk te trekken.
Er zijn verschillende loon- en arbeidsvoorwaarden in de kinderopvang. De subsidie die een kinderdagverblijf ontvangt voor een kinderopvangplaats bepaalt mee het loon van de kinderbegeleiders. In tegenstelling tot de medewerkers in ‘Trap 1’ (basissubsidie), ontvangen de kinderbegeleiders in 'Trap 2' (initiatieven met subsidie-inkomenstarief) bij een voltijdse tewerkstelling met 0 jaar werkervaring 687 euro per maand meer. Ze verdienen met andere voordelen erbij 9555 euro méér per jaar. Het verschil wordt ook nog groter naarmate je meer werkervaring opbouwt. Naast een hoger loon, kunnen medewerkers in Trap 2 ook rekenen op extra verlofdagen.
“Daarom blijven we streven naar gelijke loon- en werkvoorwaarden voor elke medewerker in de kinderopvang. Je verloningspakket mag niet afhankelijk zijn van je werkplek binnen de kinderopvang,” zegt Nathalie Winters, sectorverantwoordelijke voor de kinderopvang bij ACV Puls.
Langzame gelijkschakeling
In de Septemberverklaring werd ook vastgelegd dat minstens 5.000 bestaande plaatsen Trap 1, die nu werken met een basissubsidie, omschakelen naar de subsidie-inkomenstarief Trap 2. Eerder dit jaar schakelden al 3.707 plaatsen om, nu worden er 3.498 toegekend. Met de 7.205 omgeschakelde kinderopvangplaatsen, zullen gemiddeld 900 medewerkers kunnen rekenen op dit betere verloningspakket.
ACV Puls eist dat de overige beschikbare middelen, bestemd voor de omschakeling van T1 naar T2 voor de overige 1.502 kinderopvangplaatsen, of gemiddeld 188 kinderbegeleiders, wordt toegekend. Het vastgestelde bedrag mag niet gaan naar uitbreiding van Trap 1 omdat dit de ongelijke loon en werkvoorwaarden nog meer in de hand werkt.