De sociale partners in de Groep van 10 bereikten op 2 maart 2015 een akkoord over de nieuwe beschikbaarheidsregeling voor bruggepensioneerden en een nieuwe tariefregeling voor de externe preventiediensten. Door dat akkoord dreigt drastisch te worden gesnoeid in de financiering van de preventiediensten. Sommige werkgevers van de externe preventiediensten leggen de schuld daarvan bij de vakbonden.
Zo zouden de vakbonden de belangen van “werkenden” (recht op goede arbeidsgeneeskundige diensten) opofferen aan de belangen van “werklozen” (bruggepensioneerden moeten niet actief ter beschikking blijven voor de arbeidsmarkt).
Niets is minder waar. Het ACV heeft tot de laatste snik de externe preventiediensten verdedigd. Het ACV is als enige met amendementen blijven komen om de kwaliteit en de financiering van de preventiediensten te verdedigen.
Maar de werkgeversfederaties in de Groep van 10 hebben het dossier arbeidsgeneeskunde gekoppeld aan de beschikbaarheidsregeling voor bruggepensioneerden. Diezelfde werkgeversfederaties hebben in ruil voor "de hogere kosten voor het nieuwe eenheidsstatuut arbeiders-bedienden” (waarbij voor arbeiders een hogere ontslagkost overeengekomen werd) financiële compensaties geëist in de vorm van goedkopere tarieven arbeidsgeneeskunde voor die arbeiders.
Uiteindelijk wilde werkgeversorganisatie Unizo in de laatste rechte lijn naar het akkoord van 2 maart de preventiediensten financieel wurgen door de invoering van een zeer nadelige pro-rata financiering waardoor werkgevers veel minder moesten betalen voor de preventiediensten.
Alleen het ACV heeft zich daartegen verzet. Het is dus niet zo dat de werkenden geofferd werden ten voordele van de werklozen. Neen, de werkenden werden geofferd om de werkgevers financieel te plezieren. En dat was te nemen of te laten. Een dictaat van de werkgevers dus.
Het ACV blijft verder de verdediging van kwaliteitsvolle preventiediensten opnemen. Dat zullen we blijven doen in de technische werkgroep die momenteel van start gaat en waarbij wij er voor zullen ijveren dat het nieuwe tariefsysteem dat moet uitgewerkt worden voor de preventiediensten kostenneutraal moet zijn.
Kostenneutraliteit betekent voor ons dat op de budgetten voor arbeidsgeneeskunde niet ingeleverd wordt. Die kostenneutraliteit en het behoud van de kwaliteit van de arbeidsgeneeskunde staan ook als dusdanig ingeschreven in het akkoord van 2 maart.
Hopelijk krijgen we in deze technische werkgroep de nodige steun voor dat voorstel en blijven we als ACV ook daar niet alleen staan.