Open brief algemeen onthaal- en begeleidingsteam Zorgregio Asse

Ook het algemeen onthaal- en begeleidingsteam Zorgregio Asse van het CAW Halle-Vilvoorde reageert met een open brief op de besparingen waardoor collega's moeten verdwijnen.

Geachte mijnheer Vandeurzen,

Toen we begonnen aan onze studies wilden we ‘mensen helpen’. We waren zeer enthousiast om al het onrecht in de wereld te bestrijden. De zoektocht naar een manier om dit te doen, bracht ons in het CAW als hulpverleners.

Wij gaan er samen voor om het welzijn van de bevolking van Halle- Vilvoorde te verhogen. U kent de cijfers wellicht beter dan ons: in de voorbije jaren hielpen we vele mensen aan hun basisrechten, lieten we gezinnen weer met elkaar praten, hielpen we mensen zichzelf terug vinden, vulden we papieren in voor mensen die het niet begrepen, wezen we mensen de weg naar de juiste sociale organisatie,… Elke keer opnieuw met datzelfde enthousiasme dat ons ooit aan onze studies deed beginnen.

De laatste jaren voelen we de druk echter stijgen.

Steeds meer mensen hebben nood aan ondersteuning, we voelen hoeveel nood de maatschappij heeft aan een CAW. We zien de mensen hier elke dag en ze komen in steeds groter getale. Zo goed en zo kwaad als we kunnen, blijven we roeien met de riemen die we hebben. Nieuwe taken nemen we op, ook al staan hier geen extra middelen tegenover (we denken dan aan het verhaal van integrale jeugdhulp). We scholen ons bij en gaan ervoor, ook al is dit soms met een bang hartje.

We motiveren elkaar en houden elkaars hoofd boven water.

Wij doen onze job voor de voldoening. Een glimlach of een dank u wel van een cliënt, dat is voor ons de mooiste beloning die je kan krijgen. Wij krijgen energie door te zien hoe cliënten hun eigen leven weer opnemen.

Maar u moet begrijpen, mijnheer de minister, dat hoe meer mensen er komen, hoe minder tijd we kunnen besteden per dossier. Zo boeten we in aan kwaliteit.

Mensen wachten bovendien lang om hulp te gaan zoeken, soms te lang.

Mensen komen wanneer het water hen aan de lippen staat. De Vlaming is nu eenmaal geen hulpvrager. En dan vragen wij hen om nog enkele maanden te wachten. Want door de grote toestroom van hulpvragen zijn we genoodzaakt om een wachtlijst in te voeren.

We bellen mensen dan om de 6 weken op om te vragen of het nog gaat.

Deze telefoons gaan in tegen alles waar we als CAW voor staan. Want het gaat niet met deze mensen. Het enige wat je op dat moment kan doen, is even naar hen luisteren en uitzoeken hoe zij de rest van de wachttijd kunnen overbruggen.

Daar hebben wij het lastig mee; we willen niet bekijken hoe zij de wachttijd moeten overbruggen, we willen bekijken hoe zij hun leven terug op de rails kunnen krijgen en weer verder kunnen.

Op andere momenten komen cliënten eens kijken wat het CAW voor hen kan betekenen en hebben ze nog een klein duwtje in de rug nodig om de stap naar hulpverlening te zetten.
Wij geven hen dat graag… maar we zijn momenteel genoodzaakt om te zeggen dat ze wel enkele maanden zullen moeten wachten.

Op eerstelijnswerk inzetten is belangrijk omdat dit het minst ingrijpend is voor mensen. We willen er namelijk voor zorgen dat zij zelf verder kunnen, dat ze niet afhankelijk worden van hulpverlening.

Jammer genoeg hebben mensen na maanden wachten soms niet meer genoeg aan hulp op eerste lijn. Dan kunnen we eindelijk opstarten en dan krijgen mensen te horen dat ze eigenlijk niet meer op hun plaats zitten bij het CAW. En zo komen mensen dan terecht op een wachtlijst op de tweede lijn…

Uniek aan onze regio is dat het een heel uitgestrekt gebied is. Het openbaar vervoer is georiënteerd op Brussel en niet goed op elkaar afgestemd. Dit heeft tot gevolg dat het voor mensen niet evident is om tot op de vestiging te komen.

Dit proberen wij op te lossen via de onthaalpunten, maar ook daar geraken mensen niet altijd. Dit leidt tot meer huisbezoeken, wat zeker niet evident is om georganiseerd te krijgen in een team. Dit kost tijd. En tijd is nu net zo kostbaar in een onderbemand en overbevraagd team….

Wij begrijpen dat u zich moet bezighouden met alle noden uit de sociale sector en dat dat er veel zijn. Er moeten keuzes gemaakt worden, absoluut.

De vraag is alleen of u een zinkend schip het nog eens met 8 bemanningsleden minder kan laten doen. Mijnheer Vandeurzen, als u ons schip redt, doen wij de rest.

Met vriendelijke groeten,

Algemeen Onthaal- en Begeleidingsteam Asse