Ophef in de Franse zorgsector na onderzoek commerciële woonzorggroep Orpea

In zijn boek “Les Fossoyeurs” stelt de Franse journalist Victor Castanet de wantoestanden in de zorggroep Orpea aan de kaak. De journalist verzamelde 250 getuigenissen van verzorgend personeel en bewoners over een periode van drie jaar tijd. De groep, die met 60 rusthuizen en 4200 medewerkers ook in België goed vertegenwoordigd is zou zichzelf bezondigen aan verwaarlozing van hun bewoners op grote schaal. Zo zijn er verhalen van rantsoenering op de voeding, ouderen die in hun uitwerpselen blijven zitten en dagen niet verzorgd worden.

En de directie? Die doet alle aantijgingen af als laster. Naar hun zeggen leverde een tevredenheidsenquête een hoge score op en snijdt het boek van Castanet dus geen hout.

Orpea is een van de grootste aanbieders van private zorg in heel Europa met meer dan 1000 rusthuizen en meer dan 100.000 bedden in 23 landen. Om hun vooropgestelde doel van 14% meer omzet te kunnen halen werden vorig jaar meer dan duizend extra bedden bijgezet. Na de onthullingen uit het boek kelderden de aandelen van de groep op de beurs van Parijs met meer dan 50% en sleurde ze de aandelenkoers van de andere commerciële zorggroepen zoals Korian mee in hun val.

De commerciële woonzorgcentra zijn vaak in hetzelfde bedje ziek: hoewel de dagprijzen in commerciële woonzorgcentra doorgaans een stuk hoger liggen dan die van de vzw’s en de openbare wzc’s, nemen zij gemiddeld minder personeel aan. Zo getuigde Lina Nasser, een journaliste die in 2017 een paar maand undercover aan de slag was in een woonzorgcentrum, dat één persoon vaak in twee uur tijd tot tien mensen moest wassen, aankleden, verzorgen én ontbijt geven. Daarnaast toonde Pano toen al aan dat het eten dat bewoners voorgeschoteld kregen ondermaats was, en dat sommige bewoners soms tot vijftien uur lang niks te eten kregen.

In 2019 dan, betoogden de werknemers van Armonea (de grootste commerciële rusthuisgroep van ons land) tegen te hoge werkdruk, en een gebrek aan respect van de directie. De zorggroep die sinds enkele jaren in handen is van de Franse groep Colisée kwam al meermaals in opspraak wegens besparingen op personeel in functie van de winst. Dat is nefast voor het personeel, en bijgevolg voor de bewoners.

Zowel de situatie in Orpea als die in Armonea zijn het resultaat van een doorgevoerde winstlogica waarin eens een praatje slaan met de bewoners het moet afleggen tegen plannen van efficiëntie en winstmaximalisatie. Dat terwijl het welzijn van de bewoners daarboven zou moeten staan. Zo getuigt ook Oliver Remy (ACV Puls):

‘Vooral bij commerciële groepen, waaronder ook Orpea, keren dit soort verhalen terug, hoewel het personeel daar even hard z’n best doet en met hart en ziel voor de bewoners zorgt. Maar de grote druk vanuit het centrale hoofdkantoor om de kostenstructuur laag en het rendement hoog te houden, weegt zwaar door. Het gevolg is een heel menselijk verhaal van personeelstekort en situaties die je je eigen ouders niet zou willen aandoen.’

In Frankrijk werd de CEO van Orpéa intussen aan de deur gezet.

‘Wij hebben in het verleden aan de Vlaamse overheid gevraagd om werk te maken van een beter toezicht op de financiële stromen, het personeelstekort en de zorgkwaliteit van de grote groepen in de ouderenzorg. De overheid heeft acties ondernomen, denk maar aan de lijst van woonzorgcentra onder verhoogd toezicht (de zgn. ‘zwarte lijst’). Maar dit boek roept ons op om als samenleving meer te doen. Er moeten natuurlijk meer controles komen op de multinationals in de zorg. De commercialisering mag ons echter niet wegleiden van een veel grotere uitdaging: hoe zorgen we ervoor dat de meest kwetsbaren de beste zorg en ondersteuning krijgen. De coronacrisis heeft het personeelstekort nog meer op scherp gezet. Er kan in de komende jaren geen eurocent bespaard worden in zorg en welzijn en er moet gewerkt worden aan een meerjarenplan van lange adem voor meer personeel en betere zorg en ondersteuning.
Het boek isvoor ons een zoveelste bevestiging dat commerciële multinationals geen plaats hebben in de zorg voor kwetsbare mensen.’