Mobiliteit voor werk- en ander volk

Het verhaal van de syndicale delegatie van de LBC-NVK in het Heilig-Hartziekenhuis Roeselare - Menen en hun pogingen om de mobiliteitsproblemen van het personeel aan te pakken.

Als LBC-NVK-delegatie in ons ziekenhuis zijn wij al een hele tijd bezig zijn met de mobiliteitsproblemen van het personeel. In november 2003 brachten we het thema al een eerste keer aan in het Comité Preventie en Bescherming, waar we overleggen met de werkgever.

Onder het motto ’een gezonde werknemer in een gezond lichaam’, gaan we voor een fietsvergoeding. Vanuit de optiek dat werknemers die meer bewegen, fitter zijn wordt er vanuit de LBC-NVK-delegatie voor zowel de werknemer (fietsvergoeding) als voor de werkgever (meer productieve werknemer) een voordeel gezien.

Dit voorstel werd door de werkgever op dat ogenblik niet aangenomen.

Naar aanleiding van de discussie over een gepaste vergoeding voor een loonconflict komt hetzelfde onderwerp terug op tafel. Er wordt een uitgebreide nota gemaakt die verscheidene kanten van het probleem bekijkt, maar die als gemene deler heeft: proberen het aantal parkerende voertuigen van het personeel te reduceren.

De tekst die toen opgemaakt werd ging over fiets - en voetgangersvergoeding, het gebruik van scooters, carpooling, ... Snel na deze vergadering kreeg de LBC-NVK-delegatie de mogelijkheid om een opleiding te volgen georganiseerd door de ’Vlaamse Stichting Verkeerskunde’. Deze mensen konden onze lijn van aanpak volgen en wilden ons hierin steunen. Dit dossier liep weer met een sisser af, want het werd door onze directie "doodgezwegen".

Als een donderslag bij heldere hemel mochten wij op vrijdag 23 maart 2007 via een lokaal weekblad vernemen dat wij binnenkort allemaal met de bus naar ons werk zullen gaan.

Wat heeft de directie willen aanpakken? Het parkeerprobleem! Niet enkel dat van het personeel, maar evenzeer het probleem van de parking voor de bezoekers. En hoe? Wel, je vraagt aan het stadsbestuur of je een parking mag gebruiken die 2 km van het ziekenhuis ligt, je regelt een pendelbus die de mensen aan- en afvoert naar het ziekenhuis, en klaar is kees.

Binnen de muren van het ziekenhuis nog wat herschikken, wat betekent, het verminderen van de parkeerplaatsen van het personeel te voordele van de bezoekers en je ben helemaal klaar.

Helemaal niet klaar volgens de LBC-NVK-delegatie in het H.-Hartziekenhuis Roeselare - Menen!

Je moet veel meer doen! En het moet structureel onderbouwd zijn.

Een deel van de werknemers woont dicht bij het ziekenhuis. Met enige aansporing komen deze werknemers te voet of met de fiets. Een aantal woont ietsje verder. Naar het voorbeeld van een andere grote firma zou het gebruik van een scooter hier de oplossing kunnen bieden. Voor de laatste categorie is de auto soms het enige vervoermiddel omdat ze zo’n rare uren hebben dat het niet anders kan.

Ok, dan moeten we dat erbij nemen en moeten we die mensen aan parking helpen. Maar wat als er twee mensen zijn die zulke rare uren hebben en die in de buurt van de andere woont. Zou het niet mooi zijn om een systeem te hebben waarbij die twee kunnen afspreken om samen te komen. Misschien kan de directie hier een handje in helpen door de ongeveer 500 verschillende uursoorten die er in het bedrijf zijn te verminderen naar een werkbaar aantal.

Als je natuurlijk wringt, zoals onze directie nu doet, dan ontstaan er alternatieve circuits waarbij ieder zijn eigen gemak zoekt. Ik kom van ver, wel ik zal mijn fiets daar of daar zetten en het laatste stukje met de fiets doen en zeggen dat...

Hebben we het ondertussen al eens over de derde partij gehad in een ziekenhuis? De dokters hebben allemaal netjes hun plaatsje om hun wagen te parkeren in het ziekenhuis. Een steekproef uitgevoerd door de LBC-NVK-delegatie leerde dat slechts 75% van de parkeerplaatsen de ganse dag bezet zijn. Voorstel was dan ook om de nominatieve plaatsen te bannen en een aantal voorbehouden plaatsen te voorzien "zonder naambordje". Al een aantal maanden houdt men ons aan het lijntje met de boodschap dat het ervan zal komen, maar wij zien niets komen!

Conclusie van dit verhaal? Als we tegen september willen starten met een mobiliteitsplan, die naam waardig, dan is er nog een lange weg af te leggen en dan is het dringend nodig dat de directie eens het achterste van haar tong laat zien.